Onze gasten vragen vaak hoe het leven tussen de Fransen is. En of de vooroordelen wel kloppen, zoals afspraken niet nakomen en de zogenaamde Franse slag. Wij ervaren eigenlijk op die punten geen verschil met Nederland: de meeste mensen werken goed en doen wat ze beloven. Af en toe is er een uitzondering, maar daar kunnen we dan wel weer om lachen. Deze week kwamen we toevallig Gino tegen, die het terras rond ons zwembad heeft gemaakt. Het was in 2013 knap lastig om hem hier te krijgen voor het bespreken van de mogelijkheden en de prijzen. Uiteindelijk lukte het. Op de dag van de werkzaamheden was hij op tijd aanwezig en het was alsof hij op een fluitje blies: er stond zomaar een ploeg van 7 man sterk beton te kruien. Ze werkten zich de hele dag uit de naad en daarna gingen ze met Gino mee uit eten. Dat werd kennelijk laat, want de volgende ochtend kwamen ze pas om 10 uur opdagen, hun ontbijt nog in de hand en het verzoek om koffie, héél véél koffie. Het was nogal laat geworden, zei Gino, en hij was ook wakker geworden naast een onbekende vrouw. Nu zien we hem in Die en Rien vraagt of hij een oplossing heeft voor het probleem bij het zwembad, in het betonnen terras. Volgende week komt hij langs, belooft hij. Maar bij Gino schuift de volgende week altijd op. We wachten wel af…
Met de facadiers gaat het tot nu toe naar wens. De eerste ochtend zijn ze een kwartier later dan aangekondigd,omdat ze zich hadden verkeken op de afstand: iedere dag is het enkele reis 2 uur rijden! En daarnaast maken ze ook nog minimaal 8 volle werkuren. Petje af!
Die eerste ochtend zetten ze tweederde van het huis in de steigers en meteen worden die gevels met een professionele hogedrukspuit gereinigd. Daarbij klauteren de mannen als katten over de steigers. Ik sta erbij te griezelen, zo smal zijn de planken. En dan is het weer reuze grappig hoe de meest katachtige van de facadiers, Abdel, reageert als onze poes met een dooie muis in haar bek aan komt lopen. Hij gaat bijna gillend op de vlucht, roept ons erbij en zegt: “Moet je kijken! Moet je kijken wat ze heeft!” Onze hulp Olga wil de muis zo vast pakken en dan griezelt Abdel nog meer. Wij kennen deze cadeautjes van de poes wel: veger en blik pakken, muis opvegen en over de heg kieperen. Gaia brengt ze dan gelukkig niet nóg een keertje…
Het werk gaat voorspoedig tot Abdel vraagt of ze op zondag mogen werken, ” want de volgende week is hij er niet.” Ik vraag belangstellend of hij vakantie heeft. Nee, een andere klus. Daar schrikken we van. Het werk zou 2 weken in beslag nemen, de patron weet dat we daarna naar Nederland gaan. We willen onze oppassers echt niet confronteren met werklui over de vloer: elk dagdeel moeten we wel een beslissing nemen, bijvoorbeeld of een plantenbak mee geverfd moet worden. De chaos rond het huis willen de oppassers vast wel voor lief nemen, maar ze zouden zich niet vrij voelen om hun eigen gang te gaan. Dat willen we niet. Bovendien voelen wij ons niet prettig in het huis in de steigers en alle ramen afgeplakt met plastic, net een doodskist. Ook de poes is helemaal van slag, dan ga je toch niet met een gerust hart naar Nederland?
Als ik ‘ s avonds om 21.30 uur een mail stuur naar de patron, waarin ik schrijf dat we ons ongerust maken, belt hij binnen een kwartier op: “Maak je niet ongerust, het komt de tweede week echt af.” Top service, als dat gaat lukken.
We verwennen de mannen ook wel, vanwege hun goede prestaties. Ze stappen ’s ochtends de auto uit en de eerste kop koffie staat meteen klaar. Koffie na hun maaltijd, een fles gekoeld water…we zijn de hele dag in de bediening. Maar het wordt gewaardeerd. Eerst moeten we een kop van hun eigen thee drinken, Turkse thee. Speciaal voor ons is er door moeder thuis wat meer gezet. Het is lekker, maar smaakt wel hetzelfde als de onze. Op zondag neemt Abdel een doos Turks Fruit mee. Ik ben daar niet zo gek op, vind het eigenlijk zoete troep, maar deze is echt heerlijk.
Onze nieuwe hulp in de huishouding is ook heel bijzonder. Vanaf 2005 hebben we 4 Portugese zusjes in dienst gehad, soms wel 3 tegelijk op de camping. Drie van hen zijn nu een restaurant begonnen. Gelukkig kwam net op dat moment de 4e zus -en eigenlijk de eerste die bij ons werkte- tijdelijk terug in Die. De hele zomer hield deze Witte Tornado ons huis en de gîtes schoon. Ze moest het werk bij ons echter opzeggen, omdat ze een pittige en kostbare opleiding voor pleegzorg had afgerond. Dan ben je verplicht om daarna ook mensen op te vangen, en terecht. Maar Tornado vond zelf een opvolgster en werkte haar ook in.
Olga is met haar man, een afgestudeerd jurist, uit Moldavië meegekomen. Via Portugal, want door zijn Portugese moeder heeft hij een dubbel paspoort. Dat is een gelukje voor hem, want nu heeft hij geen problemen met een verblijfsvergunning in Europa.
En ook al heb je een goede studie afgerond, dan nog heb je de banen niet voor het uitzoeken. Zo zeg ik altijd dat ik hier niet eens geschikt ben als vakkenvuller bij de supermarkt. Bijvoorbeeld: onze overbuurman weigert zijn gehoorapparaat te dragen en spreekt dialect. Dat communiceert niet gemakkelijk. En zo iemand gaat mij dan in de winkel vragen waar de zemelen liggen. Daar kom ik vast niet uit. Daarom is de man van Olga als bouwvakker aan de slag gegaan. Is daar kennelijk zo goed in, dat hij inmiddels een eigen bedrijf heeft met 7 man personeel.
Omdat de gevels worden opgeknapt moeten alle luiken eraf, dat is een mooi moment om ze te verven. Ik vraag Olga of haar man een schilder in dienst heeft. Hoezo? Waarvoor? Als ik uitleg dat het om de luiken gaat, zegt ze dat zij dat wel wil doen. En dat gaat uit de kunst. Zelfs iets te uitbundig. We hebben in 2007 een partij afgeprijsde stoelen op de kop getikt. Geverfd zouden ze € 280,- per stuk kosten, ongeverfd € 80,-. Voor die € 200,- per stoel – we kochten er 8- wilde ik zelf wel verven. Het is 10 jaar later echt nodig om ze op te knappen. Dat doe ik, Olga verft de bijbehorende tafel. Maar ze schildert ook de onderkant van het blad…
We zijn gek met haar en zij kennelijk met ons: om de haverklap neemt ze cadeautjes mee, zoals een fles wijn en mierzoete chocolaatjes uit Moldavië en een koffiekoekje van de Lidl. De facadiers zijn ook zeer van haar gecharmeerd, het is een mooie meid om te zien.
En ook grappig: die mannen zitten 4 uur per dag samen in de auto, werken hier overdag 8 uur en dat kletst dan onophoudelijk met elkaar. In het Turks, dus ik versta er geen klap van. Onze Portugese bouwvakkers doen hetzelfde, die monden staan ook niet stil. Wat hebben die mannen toch allemaal te bespreken? Maar het gaat geen seconde ten koste van hun werktempo. Dat ligt hoog. En tegen alle vooroordelen in: het kan de Portugezen en de Turken geen bal schelen of ze lange dagen maken en het weekend door moeten werken. De middagpauze van de facadiers duurt hooguit een halfuurtje, de koffie gieten ze echt naar binnen.
“Au boulot!”, zeggen ze dan. Hup, weer aan het werk!
Wat een enthousiasme. ’t Wordt vast heel mooi.
Wat leuk met die mensen, jammer dat ze straks klaar zijn.
Als het klaar is kunnen we hier de zaak weer opbouwen: tafels en stoelen op de plek etc. Ook weer leuk.
Hebben jullie al gegeten bij de Portugese dames?