Ergens in het jaar 2000 heb ik de strijd over al dan niet naar Frankrijk verhuizen opgegeven. En eenmaal over de streep was er geen andere keus dan proberen er het beste van te maken.
Tijdens de voorbereiding lieten we de eigen ervaringen de revue passeren, zo ook met de table d’ hôte. Op 3 campings deden we mee aan de gezamenlijke maaltijden. Bij Lou in de Alpen moesten we onze eigen stoelen en tafel meenemen en ook een bord met bestek en glazen. Maar hij kookte wel de sterren van de hemel, alleen een hoofdgerecht. Als je een toetje wilde, pakte je maar een ijsje uit de vriezer. En de wijn was ook geen probleem: je kon zo uit zijn winkeltje een fles pakken. Tegen kostprijs, dat was wel aardig, maar niet zakelijk. Op de tweede camping was er een echt restaurant, waar je à la carte kon eten. Eenmaal per week was er een gezamenlijke maaltijd. Dat hoofdgerecht wilden we wel, maar aan gezelschap hadden we geen behoefte: als je bijna het hele jaar met andere mensen werkt, is gewoon samen zijn ook heel erg fijn. Maar Luc zei altijd ja en deed nee. Plaatste ons dan aan een tafel met anderen en iedere keer hadden we een topavond. En het eten was voortreffelijk. Bij een derde camping was de table d’hôte een geoliede machine. Lekker eten, goed georganiseerd, met een fijne gastheer.
Overal leerden we wat. Ons begin was wel kneuterig. Ik hing een vraag op een briefje in ons sanitairblokje: Wie eet ermee? De belangstelling overviel ons, overal moesten ineens plastic tafels en stoelen vandaan komen. Borden, glazen en bestek werden met spoed uit Valence gehaald. En met het menu kwam ik niet verder dan Boeuf Bourgignon en Coq au Vin. Dat laatste gerecht komt Rien tot op de dag van vandaag zijn neus uit, zo vaak maakte ik het.
In het begin werd er 5 dagen per week gekookt, dus meteen die eerste winter moest ik aan de bak, nieuwe gerechten uitproberen. En wat werd dat een leuke hobby!
Voor de eerste gasten van dit jaar kon ik meteen de keuken in, voor een welkomstmaaltijd. Het ene stel stond jaren op onze camping en we haalden natuurlijk veel herinneringen op. Ik kreeg ook te horen hoe gezellig en lekker de zondagse koffie met taart was. Dan kun je niet anders dan er eentje maken, toch? Geen straf overigens, want gebak maak ik nooit alleen voor onszelf, daar heb ik mee-eters voor nodig. Deze keer vond ik een recept van een perentaart met chocola. De hoeveelheid van dat laatste ingrediënt stond er niet bij, dus ik koos voor een blok van 200 gram. Het is maar goed dat de gasten het restant ook mee naar huis namen…
Tijdens een weekje zonder “inwonende” gasten koken we verschillende keren voor vrienden. De Fondue Savoyarde bestaat uit 3 soorten kaas. Dat mengen met een beetje knoflook, een snufje nootmuskaat, ietsje witte wijn en een scheut Kirsch en je eet je vingers erbij op. ( Overigens moesten we de drank deze keer vervangen door druivensap, omdat de vriendin geen alcohol mag hebben.)
Een paar dagen later komen er andere Nederlandse vrienden langs, ’s middags om 12 uur. Dat is wel een beetje stressen, want na de stadswandeling moet ik alle boodschappen doen en de hoofdmaaltijd voorbereiden. Het voorgerecht, gepureerde meloen met geroosterde ham, kost me ’s ochtends namelijk veel tijd. En hoeveel ervaring ik inmiddels ook heb, van het minste of geringste kan ik helemaal van slag raken, een goede en tijdige voorbereiding voorkomt dat.
Het hoofdgerecht, een saute de porc au curry, maak ik daarom een dag van tevoren. Veel stoofgerechten worden daar nog net iets lekkerder door. Het is een Frans potje met varkensvlees, tomaat, ui, appel, sinaasappel, crème fraiche en veel kerrie en gember. Ook lekker.
Met het toetje mag ik van mezelf altijd experimenteren: een glaasje met bananenvla, verse bananen, bolletje ijs, een beetje advocaat en een toefje slagroom, zie hier een grand dessert.
De dag erna komen Franse vrienden hier eten. Het hoofdgerecht is een gewaagde keus: Kip Madras. Mijn vrouwelijke gast houdt absoluut niet van pittig eten, misschien moet ik het voor haar wat verdunnen met wat room. En anders blust ze de brand maar met Pastis.
Als er zaterdag nieuwe gasten aankomen is het een makkie: de eerste dag kiezen ze voor een door mij gemaakte pizza, door Rien in de gîte thuisbezorgd. En dan op zondag de table d’hôte. En deze keer waag ik het erop, een nieuw gerecht voorschotelen aan gasten zonder het eerst zelf te hebben geprobeerd.
Naast Boeuf Bourgignon en Coq au Vin is de Blanquette de Veau een van de bekendste Franse gerechten. Op de camping maakte ik regelmatig de ” armeluisvariant” met kalkoen in plaats van kalfsvlees. En kortgeleden de Blanquette met zalm, ook heerlijk. Nu dus die met kalf en – ook al lijkt het een soortgelijk gerecht- de bereiding is heel anders. Het vlees moet stoven in melk, je maakt een roux, een mengsel van roomboter en bloem en voegt daar later een eidooier aan toe. Champignons, ui, wortel, crème fraiche en kruiden maken het af. Ik vind het best spannend.
Als voorgerecht kies ik voor de caillette. Dat is een typisch streekgerecht, qua vorm te vergelijken met een gehaktbal of gehaktbrood. Het hoofdbestanddeel is varkensvlees met het blad van snijbiet en spinazie, plus natuurlijk kruiden. Het is echt lekker en voor de gasten iets bijzonders.
Dat koken is leuk, maar helemaal happy ben ik met ons nieuwe koffiezetapparaat. Het is minstens 1,5 jaar geleden dat onze Siemens het na 22 jaar begaf. We kozen voor een filterapparaat van Electrolux, niet het minste merk en ook niet het goedkoopst. Maar wat een geweldige miskleun en wat een bedroevende klantenservice! Alles wat er mis kon zijn, was ook fout. Regelmatig stopte ie ermee. Dan heb je zin in koffie en is het toch niet klaar, ondanks de eindpiep. Grrr. Een kopje inschenken zonder te knoeien lukte niet. De laatste kop koffie bleef ook altijd in de kan achter. Formeel kpn je 10 Franse kopjes zetten, maar bij stand 9 zat een gat, dan klotste de rest van het water weg. Het ding gebruikte daarnaast nog eens de dubbele hoeveelheid koffie. En vanaf de eerste dag stond aangegeven dat het kalkfilter vervangen moest worden, maar de klantenservice wist niet hoe dat moest..
Wat heb ik vaak de neiging gehad dat kreng over de reling van ons terras naar beneden te gooien! Maar ja, we kwamen er maar niet uit welk apparaat we dan wel zouden willen. En aan nog een miskleun hadden we geen behoefte.
Rien is met dit soort zaken meer een volhouder, die vond uiteindelijk de Siemens Q serie. En wat genieten wij daarvan, en straks ook onze gasten! Espresso, gewone koffie van versgemalen bonen, cappuccino, latte, heet water voor thee… het kan allemaal en alles is even lekker. En simpel te reinigen. Het kost wat, maar dan heb je ook wat.
De komende week is ons programma nog niet echt vol, tijd dus om confiture te maken. Onze eigen fruitoogst wordt niks dit jaar: precies toen de bomen volop in de bloei stonden, ging het hard vriezen. Eén nachtje maar, met heel veel schade. Dus ga ik nu fruit kopen. Niet voor mij, want alleen op zondag mag ik van mezelf een croissantje met jam. En Rien eet dat helemaal niet, zelfs niet in de yoghurt. Nee,ik maak tientallen potten voor anderen..Een echte kookgek dus.