Soms gebeuren er dingen waar je helemaal blij van wordt. Op andere momenten kom je tamelijk ruw met beide benen op de grond…
Bij het zwembad komen 2 bomen, zogenaamde Mûriers Platanes. De grond is kleiachtig, de wortels kunnen zich daar niet goed in vastzetten. Dus hapt Henri met zijn machines grote gaten in de grond en ik word op pad gestuurd om tuinaarde te halen. Zakken van 70 liter, dat is best zwaar. Dus als de caissière vraagt of ik hulp kan gebruiken bij het inladen, zeg ik niet nee. Normaal gesproken komt er dan een man, maar deze keer is het een vrouw. Ze zegt het nog nét niet letterlijk, dat ze mij ermee bedoelt: we helpen wel vaker een Mamie, een omaatje. Zo, die kan ik in mijn zak steken…
De bloembollen bloeien hier wat later dan in Nederland, ongetwijfeld doordat we op 400 meter hoogte wonen. De beschermde Wilde Tulp, La Tulipe Sauvage du Vercors, zie ik nu pas. Wij zijn helemaal idolaat van deze plant, maar ja, ze zijn superbeschermd en je kunt ze niet kopen. Toen men deze bollen een paar jaar geleden ontdekte bij een nieuwbouwproject, werd het hele bouwproces voor een half jaar stil gelegd: eerst moesten de Wilde Tulpen door gestudeerde bollebozen worden verwijderd. Het hele zooitje werd op een andere akker geplant, maar inmiddels zijn ze daar ook weer weg, want er is nieuwbouw voorzien. Fijne planning…
Maar als je de grootste werkgever van Die bent, gelden al deze regels niet. Dan bespuit je het bouwterrein gedurende twee jaren met onkruidverdelger, daar komt dus nooit meer een bolletje boven. En wij zouden € 800,- boete krijgen als wij er eentje zouden kapen! Henri weet er wel raad op: “Je pikt ze gewoon ’s nachts”. Maar zo zitten wij niet in elkaar.
Ook al is hij tuinarchitect en grondbewerker, zelf stopt hij alle mogelijke rotzooi in de grond. Zo bezorgt hij ons een portie tuinaarde, maar Rien heeft nogal wat werk aan het schoonmaken ervan: plastic flessen, glasscherven, wortels van struiken, van alles zit erin. En op de camping was hij degene die echt Romeinse overblijfselen vond. Hij vroeg: “Wat doe je daarmee?” Wij woonden pas een jaar in Frankrijk, dus wat weet je dan van die regelgeving? Hij zei dat de bouw van het sanitairblok minstens een paar maanden stilgelegd zou worden, totdat alles onderzocht was. En dan zou het alsnog onder de grond verdwijnen. Dus dat deed hij liever maar meteen…
Voor het verbranden van tuinafval en andere zaken, is er een onduidelijke regelgeving. Bij vrienden lezen we dat het wettelijk verboden is, per 1 januari, maar niemand die zich er hier aan stoort. In de maanden juli en augustus was het altijd al verboden, vanwege de droogte. In februari en maart mag het ook niet, maar een ontheffing wordt zo verleend. Zelf zijn we gewend alles naar de vuilstort te brengen: tuinafval mag je gratis op een hoop gooien, de gemeente composteert het en daarna mag ieder bewoner die compost weer meenemen. Lege cementzakken doe ik netjes in de auto, maar als ik even niet oplet, steken onze bouwvakkers het zo in de fik, februari of niet. We hoorden het al voordat we naar Frankrijk gingen: niks mag, maar over alles valt te praten. En vooral: leven en laten leven. Eigenlijk is dat wel zo prettig.
In een week tijd maakt Henri grote grintvlaktes rond ons huis. Mijn (echt! ) aardige schoonzus noemt dat “kattenbaktuinen”. Op haar eigen, geweldige terrein staan duizenden bloembollen en planten, er is een speciale grassentuin, ze heeft de mooiste verzameling Kerstrozen die ik ooit gezien heb enzovoort. In binnen- en buitenland staan artikelen in tuintijdschriften, dat zegt wel wat. Haar verschillende tuinen zijn van elkaar gescheiden door zandpaadjes. Echt mooi, maar in Nederland kun je onkruid schoffelen, hier is dat niet te doen.
De vergrote parkeerplaats móet dus wel van grint. Het terras bij de nieuwe studio is al gedeeltelijk verhard, gras zaaien is onbegonnen werk. Dus vullen we ook hier het grint aan. En voor het schaduwterras bij het zwembad leg je ook niet gemakkelijk baksteentjes in de grond. Hupakee, nog een vrachtwagen grint erbij.
Planten en bloemen zijn in Frankrijk schreeuwend duur: ze komen vrijwel allemaal uit Nederland, de exportkosten komen er daarom bovenop en daarna gaat de prijs nog eens over de kop. We zijn dus heel blij met Ed, die 2 x per jaar op ons huis en de poes past, en bij aankomst een auto vol met planten meeneemt. Nog leuker: hij zet ze zelf in de grond ook…Maar goed, nu willen we planten en struiken van hier, zoals de lavendel.
Bij het plaatselijke tuincentrum krijg ik goed advies, vooral als ik de bon van vorig jaar meeneem. Zelf zegt Sabia: “Zou je niet een andere soort lavendel nemen?” Of:”Je hebt de Vlinderstruik al in het paars, zou je nu niet een witte kopen? En een blauwe Hibiscus in plaats van de roze of de witte?” Ze weet ook precies waar ze op moet letten: wat is de grondsoort, staat het in de volle zon of niet, heeft de plant veel water nodig of juist niet. En belangrijk ook: kost zo’n plant veel onderhoud ( want daar ben ik niet zo van…)
Henri zegt dat we vlakbij Valence bij een kweker veel goedkoper uit zijn. Hij mag gelijk hebben, ik ga voor het goeie advies.
Als deze planten gearriveerd zijn hoop ik dat Sylvain weer komt, da’s nog niet gemakkelijk om hem weer in een vast ritme te krijgen. Met Henri is dat uiteindelijk nu gelukt: voor het eerst in de 12 jaar dat we met hem samenwerken, komt hij exact op de afgesproken dag..
Rien maakt nog even een groente- en kruidenbak voor mij. En dan kan ik lekker aan de slag met het mooi maken van alles. Da’s nog een hele klus, voor een Mamie….
t’is maar zoals je je voelt jacqueline en ik ben ervan overtuigd dat dat niet is zoals een “mamie”
Succes met de TUIN die van ons is klein vandaar de hoofdletters, maar komt goed MAMIE!!!
Wat een enorme grindoppervlakken. Dat is nog eens wat anders dan beton storten. Mooie foto’s. En zo te zien verzet papie ook nog heel wat werk.
Wat ziet het er ruimtelijk uit. Mooie plek voor jullie auto’s. Wat hebben jullie in een jaar tijd een werk verzet. En met de begroeiing komt het vast ook wel goed.
Groetjes.