In 2001 kochten we een terrein met koren en luzerne, een soort veevoer. De camping moest toen nog helemaal worden opgezet. Henri deed de grondwerkzaamheden zoals riolering, elektra, struiken planten etc. Om toch wat gasten te kunnen ontvangen, werd er een tijdelijk sanitairblokje gemaakt. Henri kwam met Boris op de proppen, die er na werktijd wel wat bij wilde doen. Toen het echte sanitairdeel gebouwd moest worden, gingen we in eerste instantie in zee met een Nederlander. Maar de beoogde metselaars wilden plotseling niet meer met hem werken. Gelukkig schoot Boris te hulp: op zaterdag vertelden we hem van de malaise, op zondag kwamen er 2 mannen solliciteren en op maandag waren ze aan het werk.
Een van hen had een vriend die opzichter in de bouw was. Deze Jules kwam elke zaterdag de vorderingen bekijken, werkte dan hard mee en gaf ons tijdens de pauzes opdrachten: “De komende week moeten jullie dat doen en deze lijst met materialen halen. Als ik zaterdag extra mankracht nodig heb, regel ik dat zelf.” In een razend tempo stond er zo een mooi stenen gebouw, maar toen moest al het sanitair binnen nog aangelegd worden. Weer zaten we met de handen in het haar, want zulke klussen zijn niet gemakkelijk. De boer, van wie we het huis kochten, zei: “Waarom vraag je Eli niet, mijn broer. Die woont naast je en dat is zo’n handige bricoleur, een klusjesman”. Eli keek een beetje sceptisch, wat moest hij nou met die Hollanders? Maar toen we zeiden dat ook Boris bij ons werkte, was het meteen goed. Dat zijn namelijk dikke vrienden. Vanaf dat moment is er een vast ritme met Eli: in de winter werken Rien en hij graag samen. Want ook al zijn Rien en ik nog steeds een goed koppel, aan dezelfde klus werken gaat lang niet altijd goed. Om een voorbeeld te noemen: als we samen een tafel moeten optillen, gaat Rien naar rechts en ik naar links. Hij kijkt dan woest naar mij, omdat het toch zó logisch is. Maar ik vind dat dus helemaal niet logisch…En gek, dat heeft ie nou nooit met anderen. Plus dat Rien van al die mannen handige tips krijgt: dit materiaal moet je gebruiken, daar kun je dat kopen, die machine kan ik wel voor je lenen en zo zou je het kunnen doen. Dat heb ik natuurlijk niet te bieden…
Toen het tweede jaar de schoonmaakwerkzaamheden in het hoogseizoen voor mij te veel werden, had Jules weer een vriend wiens vrouw een baantje zocht. Het jaar daarop kwam de dochter van Henri poetsen, nog maar 16 jaar, maar o zo netjes. Toen ze ging studeren had de overbuurvrouw wel een oplossing. Haar werkster Maya fungeerde zo’n beetje als uitzendbureau voor Portugese vrouwen die een baantje zochten. Eerst kwam Marianne binnen, een Française die gescheiden was van een Portugees. Twee jaar deed ze al het schoonmaakwerk, maar toen liep ze tegen een leuke vent aan die 100 km verderop woonde. Geen probleem, Maya vond zo weer een ander. Rosemarie kwam, sprak nauwelijks Frans, maar poetsen kon ze als de beste. Ik leerde veel van haar, bijvoorbeeld dat je het beddengoed van de gîtes aan 2 kanten moet strijken. Dat je de kussens niet recht op het bed legt, maar schuin: dat staat namelijk chic. Ze ging in de keuken helpen en nam zelf initiatieven: doe de salade eens zus of zo, voeg een beetje mosterd toe aan de vinaigraite enzovoort. Al het werk pakte ze aan, ook bij anderen. Het bizarre was dat ze in de winter – maanden nadat ze bij ons gestopt was- volledig instortte. Inmiddels was er een volgende zus uit Portugal overgekomen en die was al ingewerkt bij ons. Ze nam soepel de teugels over en werkt nu samen met een jonger zusje dat inmiddels ook alweer 2 jaar naar volle tevredenheid op Domaine du Mûrier is.
Niet dat alles altijd probleemloos gaat. Het jongste zusje heeft het geprobeerd bij ons, maar die was echt te jong en ging terug naar Pa en Moe. De oudste zus kon het werk gewoon niet aan, dat was na een halve dag duidelijk. Tussendoor hadden we ook nog Leonore: het eerste jaar bij ons ging het fantastisch, het tweede jaar liep het van geen kant. Vlak voordat het kampeerseizoen begint, krijgt alles een grote beurt. Wat heb je dan aan iemand die 2 planken schoonmaakt en de derde vergeet? Of die om de glazen heen poetst? We begrepen er niks van, tot we hoorden wat er werkelijk aan de hand was. Ze werd door haar man gedwongen om ’s nachts als stripteasedanseres te werken, dus als Leonore bij ons aankwam, was ze al bekaf. Ik moest haar wel ontslaan, maar Rien zag ogenblikkelijk nieuwe kansen: we gaan een paal in het sanitairblok monteren, kan ze daar mooi werken…
Maar goed, met de Portugese dames zijn we nog altijd heel content.( Ook nu nog, want ze helpen me met de table d’hôte). En het leuke is: hun partners werken alle drie bij dezelfde aannemer. In hun vrije tijd willen ze graag klussen. Nozem, Dinges en Jojo werken alle zaterdagen bij ons tot ze in augustus op vakantie gaan. De een maakt een Italiaanse douche, zonder douchebak. Dat tegelwerk is knap lastig, maar Nozem draait er zijn hand niet voor om. Jojo maakt de kaders rond de ramen en deuren. We hebben een brief gekregen van de gemeente dat een beslissing wel 2 maanden op zich kan laten wachten en –standaardzin- dat we nog niet mogen beginnen. Nu hebben we die toestemming mondeling al van de schoonheidscommissie en we zijn inmiddels zover ingeburgerd, dat we gewoon starten: Jojo heeft de helft al af. En Dinges, de jongste van het stel, is opgeleid als schilder. De vorige eigenaar heeft al het behang van de woonetage verwijderd en wij wilden die muren gewoon verven. “Niks daarvan”, zegt Dinges.”Eerst alle hoekjes schuren met de hand, daarna met de girafe de grote vlakken”. Zo’n machine, met een stofslang, is hier te huur, maar nu net even niet. Dan ken je die jongens nog niet, die regelen dat gewoon even als bouwvakkers onder elkaar. Daarna een sous-couche aanbrengen, een onderlaag. En dan pas de uiteindelijke kleur erop. Maar het schiet op.
Ondertussen is Boris ook weer aan het firmament verschenen. Hij werkte bij France Telecom, maar heeft zijn baan daar opgezegd om als zelfstandige te kunnen beginnen. France Telecom haalt namelijk regelmatig de krant vanwege het hoge aantal zelfmoorden onder haar werknemers. Maar Boris is er op tijd weg. We hebben hem gevraagd om de muur tussen de woonkamer en de keuken te verwijderen. Dat kunnen we zelf ook wel, een muur eruit meppen, maar hij maakt het af met een mooie boog. Het terras gaat hij ook verlengen, het wachten is op Henri, altijd weer Henri. Die moet de grond afgraven en het beton storten, daarna kan Boris weer op gaan bouwen.
En de beste klusser??? Dat is Rien. Die coördineert de bouwactiviteiten, verlegt alle elektriciteit voor de nieuwe keuken, maakt samen met buurman Eli een afscheiding in de tuin, ontwerpt een nieuwe poort enzovoort. Ik ben van de kleuren, van de decoraties en de details. Mijn werk komt nog. Dus sleep ik nu de verhuisdozen weer terug naar Die. Hopelijk vind ik dan ook mijn zomerschoenen terug, voor het winter wordt….